Bekentenissen van een cultuurtheoloog

Rome. De stad met de honderd gezichten. Hoofdstad van de Oudheid toen de legioenen van Caesar heel Europa verenigde 2 millennia voor de Europese Unie. Heilige stad ook, van heiligen en martelaren. Tijdens de christenvervolgingen onder enige opvolgers van Julius werden er zovele gelovigen afgeslacht dat de kerkvader Tertullianus verzuchte dat haar straten waren witgewassen door het bloed van de ontelbare martelaren.

Groot openluchtmuseum

Rome. De stad is een groot openluchtmuseum. Termen, paleizen, het Forum Romanum, het Colosseum, de Vaticaanse musea, de ontelbare kerken en basilieken. Het zijn er zoveel dat menig bezoeker na enkele dagen niet meer beseft dat de grond waar hij zijn pizza op verorbert, heilige grond is. De stad Rome en het land Italië kampen dan ook met grote financiële problemen om hun openluchtmuseum in tact te houden. In juni braken nog grote stukken marmer af van de beroemde Trevi-fontein. Eens zien hoe snel de Italianen dat gerepareerd krijgen.

Verliefd

Het is mijn vierde bezoek aan de Eeuwige Stad. De eerste keer, heel clichématig, bezocht ik Rome in de vierde klas van het Gymnasium waar ik pogingen deed mij het Latijn en Grieks machtig te maken. Alia iacta est en dat soort gemeenplaatsen. Ik weet me niet veel meer te herinneren van die eerste keer, behalve de diepblauwe ogen van een van de ouderejaars die mee was op reis. Ik was stapelverliefd op haar. Zij niet op mij. De tijd heelt alle wonden. Weer zo’n gemeenplaats…

Verloofd

Mijn tweede bezoek aan Rome was enkele jaren later. Als jongen opgevoed in het allerlaatste staartje van het Rijke Roomsche Leven, verlangde ik ernaar priester te worden. Als voorbereiding op zes jaar seminarietijd ging ik samen met mijn moeder op veertiendaagse bedevaart door Italië, waaronder het onvermijdelijke Rome. Van die reis kan ik me al weer wat meer herinneren. Het samenzijn met mijn moeder, het Assissi van sint Franciscus en vooral het ellenlang rozenkranzen bidden. Een lieve oude pater bekortte de urenlange reizen in een middelmatige bus door het van warmte en van insecten vergeven Italiaanse landschap met het voorbidden van misschien wel het meest katholieke gebed. 10 per meditatie, 5 meditaties in een rozenhoedje, drie rozenhoedjes in een rozenkrans, 14 dagen lang. 2100 Weesgegroetjes liggen bezaaid over de Italiaanse wegen.

Nieuwe liefde

En seminarist werd ik, in het Sint-Janscentrum te Den Bosch. De residerende Bossche bisschop mgr. Hurkmans was toen rector van het seminarie. En ter gelegenheid van een lustrum trokken zes jaren priesters-in-spe naar de heilige stad. Ik kan me van die reis veel herinneren, maar vooral het bezoek aan Castel Gandolfo, de buitenresidentie van de paus als hij het bloedhete Vaticaan wil ontvluchten. De charismatische Johannes Paulus II was nog maar een schim van zijn oude zelf. Onverstaanbaar met uitdrukkingsloos gezicht vierde hij de mis. Daarna volgde het verplicht handje schudden, met fotomomentje en als souvenir een glazen rozenkrans. Ik heb die rozenkrans nog steeds, hoewel ik geen priester ben geworden. Een mooie, roodharige vrouw op de achterste bank van de kapel van het seminarie deed me anders beslissen. En ik ben haar daar nog elke dag ziels dankbaar voor.

Bekentenissen

Het zijn, zo merk ik tijdens het schrijven, vooral herinneringen aan vorige bezoeken die in mijn hoofd spelen nu ik naar Rome afreis, nu voor het eerste lustrum van mijn Alma Mater, de Tilburg School of Catholic Theology. En het beschrijven van deze herinneringen voelen als bekentenissen. Niet in de zin van juridische bekentenissen voor een jury of een rechtbank om mijzelf vrij te pleiten voor oude misstappen. Ze voelen als bekentenissen, zoals de kerkvader Ausgustinus die optekende eeuwen geleden. In zijn Confessiones keek de meerdere malen bekeerde theoloog terug op zijn leven, en zag daarin de hand van God. Ook ik kijk terug en zie Gods hand. Niet als een bleke arm uit de lucht of een bliksem door de hemel. Wel in de mensen die ik heb ontmoet. Hun handen die mij vastgrijpen, zijn Gods handen. Hun oor dat naar mij luistert, is Gods oor. Hun mond die mij corrigeert, is Gods mond. Procedamus in pace, laat ons voortgaan in vrede.

Op naar Rome!

Zie Bosmans weblog www.goedgezelschap.eu.

Dit bericht werd geplaatst in Frank G Bosman en getagged met , , , . Maak dit favoriet permalink.

Een reactie op Bekentenissen van een cultuurtheoloog

  1. Fransjesca zegt:

    Mooi stukje Frank, het wordt mijn vierde bezoek. Ik ben benieuwd Gods hand te ervaren

Plaats een reactie